Ammoniakschade planten glastuinbouwbedrijf

Ammoniakschade planten glastuinbouwbedrijf

Het bestemmingsplan in kwestie maakt de uitbreiding mogelijk van een bestaand vleesammoniakschadevarkensbedrijf. Het is de bedoeling om het bedrijf uit te breiden met een nieuwe vleesvarkensstal en een loods voor opslag van bedrijfsbenodigdheden. De raad heeft echter het bestemmingsplan niet vastgesteld. Tegen dat besluit heeft appellant beroep ingesteld.

De maatschap voert onder meer aan dat uit het ontwerpplan voldoende blijkt dat de ontwikkeling is gericht op verbetering dan wel behoud van de milieukwaliteit en dat geen sprake is van onevenredige aantasting van de milieusituatie en/of de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bebouwing. De nieuwe stallen worden emissiearm uitgevoerd. Volgens de maatschap staan verder de kassen van de twee glastuinbouwbedrijven op een afstand van meer dan 25 m van de nieuwe stal. Deze afstand mag op grond van het rapport Stallucht en planten (…) toereikend worden geacht ter voorkoming van direct ammoniakschade.

Naar het oordeel van de Afdeling heeft de raad zich verder niet zonder nader onderzoek op het standpunt kunnen stellen dat het plan negatieve gevolgen heeft voor de bedrijfsuitoefening van de twee naastgelegen glastuinbouwbedrijven. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat wordt voldaan aan de in het rapport Stallucht en planten aanbevolen afstand van tenminste 50 m voor coniferen en ten minste 25 m voor andere tuinbouwgewassen. De rapport wordt als toetsingskader gebruikt voor het beoordelen van de gevolgen voor planten en bomen veroorzaakt door directe opname van ammoniak uit de lucht. Dat het rapport al meer dan 30 jaar oud is, maakt naar het oordeel van de Afdeling niet dat het niet meer als uitgangspunt mag worden genomen, nu geen gegevens zijn overgelegd dan niet meer van de aanbevelingen uit voornoemd rapport kan worden uitgegaan. (…) De stelling van de raad dat de glastuinbouwbedrijven moeten voldoen aan zeer strenge exporteisen op het gebied van milieukwaliteit en zij niet meer kunnen garanderen dat deze eisen gehaald worden als de in het ontwerpplan mogelijk gemaakte ontwikkeling doorgaat, is naar het oordeel van de Afdeling evenmin onderbouwd. (…) Het betoog slaagt.”

Lees meer in uitspraak ABRS 8 november 2017, no. 201702664/1/R1, r.o. 3.5 e.v.

omgevingsjurist

Zuivering afvalwater per 1 januari 2018 verplicht voor glastuinbouw

Zuivering afvalwater per 1 januari 2018 verplicht voor glastuinbouw

Met LTO Glaskracht Nederland, de Nederlandse stichting voor Fytofarmacie, de Unie van Waterschappen, de VNG, de Stichting Natuur en milieu en het Ctgb is op 22 september 2015 een bestuurlijk overleg gevoerd. De uitkomsten van dit overleg zijn beschreven in het hoofdlijnenakkoord. In het kort komt het op het volgende neer. zuivering afvalwater glastuinbouw

Via de milieuregelgeving gaat per 1 januari 2018 een zuiveringsplicht met een rendement van tenminste 95% gelden voor de glastuinbouw. Deze verplichting is reeds aangekondigd en voorzien in de Nota Gezonde Groei, Duurzame Oogst. De zuiveringsplicht gaat gelden voor alle gewasbeschermingsmiddelen en is essentieel om de normoverschrijdingen in het oppervlaktewater fors terug te dringen. Er wordt geen onderscheid gemaakt in specifieke gewasbeschermingsmiddelen (of werkzame stoffen daarin). Via het toelatingsbeleid wordt wel naar de middelen gekeken. Dit heeft er toe geleid dat voor enkele middelen al een zuivering is voorgeschreven via het wettelijk gebruiksvoorschrift.

Het toelatingsbeleid kent 2 sporen waarop dit voorschrijven tot stand kan komen:

  • als bij een beoordeling van een gewasbeschermingsmiddel, of bij de herbeoordeling die eens per 10 jaar wordt uitgevoerd, blijkt dat zuivering nodig is om te voldoen aan de toelatingsvoorwaarden;
  • als blijkt dat op basis van nieuwe wetenschappelijke inzichten dit nodig nodig is om te voldoen aan de toelatingsvoorwaarden.

Bron: overheid.nl, kamerstuk 32 627, no. 20

Plattelandswoning bij bedrijfswoning glastuinbouw

Plattelandswoning bij bedrijf glastuinbouw

Plattelandswoning en glastuinbouwbedrijf – De gemeente Lansingerland heeft een nieuw bestemmingsplan vastgesteld “Schil om Bleiswijk”. Het plan voorziet in een nieuwe bestemming voor agrarische gronden. Appellanten kunnen zich niet verenigen met de aan hun percelen toegekende bestemming ‘Agrarisch – Glastuinbouw’ met de aanduiding ‘specifieke vorm van agrarisch – plattelandswoning’. Zij betogen onder meer dat de wettelijke regels voor de plattelandswoning niet van toepassing zijn op bedrijfswoningen bij glastuinbouwbedrijven.bedrijfswoning glastuinbouw

De Afdeling zegt er het volgende over: “Anders dan appellant betoogt, is de keuze van de raad om een voor burgerwoning gebruikte bedrijfswoning bij een glastuinbouwbedrijf te bestemmen als plattelandswoning, niet in strijd met de wettelijke regeling voor plattelandswoningen. Daartoe overweegt de Afdeling dat de wettelijke regeling voor de plattelandswoning (…) blijkens het bepaalde in het tweede lid van dat artikel onder meer van toepassing is op voor burgerbewoning gebruikte bedrijfswoningen bij een glastuinbouwbedrijf. (…)”. 

Lees hier meer informatie over de plattelandswoning en het bestemmingsplan.

Zie verder uitspraak ABRS 22 juli 2015, no. 201403289/1/R4.