Waterberging opnemen in bestemmingsplan

Waterberging opnemen in bestemmingsplan

Het bestemmingsplan in kwestie voorziet in de bouw van maximaal 11 woningen. Volgens de waterparagraaf in de toelichting van het bestemmingsplan dienen nieuwe bestemmingsplannen volgens het gemeentelijk beleid te voldoen aan het principe van Hydrologisch Neutraal ontwikkelen. Dit houdt in dat de hydraulogische situatie minimaal gelijk moet blijven aan de oorspronkelijke situatie. Als hergebruik en infiltratie niet mogelijk zijn, dan kan worden gekozen voor berging van water.

Appellant stelt in beroep dat de door de raad genoemde waterberging niet in het bestemmingsplan is gewaarborgd. De gemeente verwijst naar een artikel in de planregels dat de voorwaarde bevat dat bouwplannen dienen te voldoen aan een door de gemeente goedgekeurde watertoets en aan een goedgekeurd inrichtingsplan. In de planregels is echter niet gespecificeerd om welk inrichtingsplan en welke watertoets het gaat.

De Raad van State overweegt het volgende over de planregel inzake de waterberging: “Voor zover is beoogd te verwijzen naar de waterparagraaf wijst de Afdeling erop dat deze veelal algemene uitgangspunten en verschillende opties bevat. In dat geval creëert artikel (..) van de planregels een nader afwegingsmoment hetgeen in strijd is met het limitatief-imperatieve stelsel voor omgevingsvergunningen voor bouwen zoals neergelegd in artikel 2.10 van de Wabo. Gezien het vorenstaande is, anders dan de raad betoogd, de aanleg en instandhouding van de waterberging niet in het onderhavige plan verzekerd. Niet is gebleken dat de aanleg en instandhouding van de waterberging anderszins publiekrechtelijk is gewaarborgd, noch dat de gemeente het zelf in zijn macht heeft om de waterberging aan te leggen en in stand te houden. Gelet hierop is het plan in zoverre in strijd met artikel 3.1 van de Wro.”.

Zie r.o. 3 in uitspraak ABRS 10 mei 2017, no. 201602245/1/R2.

omgevingsjurist

Waterberging en bestemmingsplan – capaciteit en technische uitvoering van waterberging ruimtelijk niet relevant

Waterberging en bestemmingsplan – Capaciteit en technische uitvoering van waterberging zijn uitvoeringsaspecten die niet in een bestemmingsplan kunnen worden geregeld

Het blijft een spanningsveld; wat kun je nu wel of niet opnemen in een bestemmingsplan. Het valt me vooral op dat men steeds meer wil regelen via een bestemmingsplan, ondanks de wens tot deregulering. De juridische grens is vooral: heeft het te regelen onderwerp ‘ruimtelijke relevantie’?

In de waterparagraaf van het bestemmingsplan staat dat er door een combinatie van factoren, waaronder de geplande woningbouw, een verhoogde kans bestaat op wateroverlast op de percelen van appellant. Het rapport beveelt aan om onder meer te voorzien in een waterberging met voldoende infiltratiecapaciteit. Uit het gebruikte rapport blijkt dat het essentieel is om maatregelen te treffen om extra wateroverlast op de gronden van appellant als gevolg van het plan te voorkomen.

Appellant is van mening dat deze maatregelen in het bestemmingsplan hadden moeten worden vastgelegd.

De Afdeling overweegt: dat het benodigde herstel van een gedempte kavelsloot en de aanleg van een drainagebuis maatregelen zijn die niet in een bestemmingsplan kunnen worden geregeld. De capaciteit en de technische uitvoering van de waterberging, waaronder het infiltratievermogen, zijn uitvoeringsaspecten die evenmin in een bestemmingsplan kunnen worden geregeld.”

Zie uitspraak ABRS 27 maart 2013, no. 201205606/1/R3