Voorwaardelijke verplichting onderzoek water in uitwerkingsplan

Voorwaardelijke verplichting onderzoek water in uitwerkingsplan 

Het college van B&W heeft een omgevingsvergunning verleend voor de bouw van woningen. De aanvraag is getoetst aan een uitwerkingsplan. In het uitwerkingsplan is een bouwregel als voorwaardelijke bepaling opgenomen:

Op de percelen met de bestemming ‘Wonen’ mag alleen worden gebouwd indien dit geen negatieve hydrologische gevolgen heeft voor de omliggende gronden‘.

Het gaat in deze casus om meerdere aanvragen, met verschillende uitwerkingsplannen waarin dezelfde voorwaarde in een bepaling is opgenomen. Voor het gemak gaan we uit van een enkele aanvraag.

De cursief aangegeven regel wordt ook wel voorwaardelijke verplichting genoemd. Eerst moet aangetoond worden dat het bouwplan geen negatieve hydrologische gevolgen heeft voor de omliggende gronden. Hoe moet nu deze bepaling worden uitgelegd? Dienen ook cumulatieve effecten te worden meegenomen in onderzoek?

De buurman is niet blij met de komst van de woningen. Hij vreest wateroverlast op zijn perceel. Volgens hem voldoen de aanvragen niet aan de voorwaardelijke verplichting.

Een onderzoeksbureau heeft 4 maatregelen voorgesteld om verstoring van de waterhuishouding te voorkomen. Dit is onderbouwd in een memo. Volgens het college voldoet het bouwplan aan de voorwaarden die zijn gesteld.

De Raad van State beoordeelt het hoger beroep als volgt:

De Afdeling is van oordeel dat artikel (…) van de uitwerkingsplannen zo moet worden uitgelegd dat bij de beoordeling of een aanvraag voor een bouwplan voldoet aan de voorwaardelijke verplichting, niet alleen de hydrologische gevolgen van dat bouwplan op omliggende gronden op zichzelf moeten worden beschouwd, maar in samenhang met de hydrologische gevolgen op omliggende gronden als gevolg van het realiseren van andere al geplande of al gebouwde woningen of andere bouwwerken. Voor die uitleg vindt de Afdeling van belang dat wanneer alleen acht zou worden geslagen op de hydrologische gevolgen van het bouwplan waarover een individuele vergunningaanvraag gaat, en het plan in zoverre niet op bezwaren stuit, dit onverlet laat dat door cumulatieve effecten met andere ontwikkelingen in de omgeving toch negatieve hydrologische effecten op een perceel kunnen optreden. De Afdeling acht het in strijd met de planregel, en het belang dat deze beoogt te beschermen, als dat wordt toegelaten.”

Lees meer in r.o. 13.1 van uitspraak ABRS 10 januari 2024, no. 202105148/1/R1.

meerdere milieueffectrapportages

Verschil definitie woning en hoofdgebouw in bestemmingsplan

Verschil definitie woning en hoofdgebouw in bestemmingsplan

De gemeente Monster heeft een uitwerkingsplan vastgesteld. Het uitwerkingsplangebied heeft betrekking op de bestemming ‘Uit te werken woondoeleinden’, en voorziet in 5 kleine uitgeefbare kavels met bijbehorende infrastructuur ten behoeve van 5 tot 8 onder zelfrealisatie te bouwen woningen. definitie woning

Appellant betoogt in beroep dat het uitwerkingsplan 16 woningen in plaats van 8 woningen mogelijk maakt. De gemeente geeft aan dat met hoofdgebouwen woningen bedoeld zijn en dat dit ook uit de toelichting van het uitwerkingsplan blijkt.

Definitie woning in bestemmingsplan: een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van een huishouden.

De Raad van State overweegt als volgt: “Vast staat dat is beoogd in het plangebied maximaal 8 woningen toe te staan. Uit (…) de planregels volgt naar het oordeel van de Afdeling dat maximaal 8 hoofdgebouwen zijn toegestaan. De planregels sluiten echter niet uit dat in een hoofdgebouw meerdere woningen als bedoeld in (…) de planregels worden gerealiseerd, nu in een hoofdgebouw meerdere complexen van ruimten die blijkens de indeling en inrichting bestemd zijn voor de huisvesting van een huishouden aanwezig kunnen zijn. In zoverre bestaat er een discrepantie tussen wat de planregels mogelijk maken en de bedoeling van het college. Het betoog slaagt (…)”.

Definitie woning en hoofdgebouw opnemen in bestemmingsplan/uitwerkingsplan. Uit deze uitspraak blijkt dat het belangrijk is om goede afgebakende definities op te nemen van de termen die worden gebruikt in de planregels. Dit klinkt weliswaar als een open deur, maar het wordt in de praktijk vaak vergeten. Let er dus goed op. Appartementen zijn immers ook woningen, die mogelijk kunnen worden gemaakt in een hoofdgebouw. Lees meer in de uitspraak van 8 juni 2016, no. 201506677/1/R4 

Hogere waarden geluid en uitwerkingsplan

Hogere waarden geluid en uitwerkingsplanhogere waarden geluid

Het is mogelijk om hogere waarden ingevolge de Wet geluidhinder (hogere waarden procedure) vast te stellen voorafgaand aan de vaststelling van een uitwerkingsplan en niet slechts bij de vaststelling van het bestemmingsplan waarin de uitwerkingsplicht is opgenomen.

De gemeente had in een bestemmingsplan een uitwerkingsplicht opgenomen voor een woongebied en had daarvoor voorwaarden opgenomen. Eén van die voorwaarden had betrekking op hogere grenswaarden ingevolge de Wet geluidhinder. Appellanten betogen dat de omstandigheid dat het college van b&w voorafgaand aan het nog vast te stellen uitwerkingsplan hogere grenswaarden kan vaststellen niet met zich brengt dat daarmee de uitwerkingsplicht objectief begrensd is.

De Afdeling overweegt als volgt: “In de memorie van toelichting bij de Crisis- en herstelwet (Kamerstukken II 2009/2010, 32 127, nr. 3, p. 91) is het volgende opgenomen: Bij globale, nog uit te werken bestemmingsplannen is vaak nog niet precies te bepalen hoe hoog de geluidsbelasting op de toekomstige woningen zal zijn (afstand tussen weg en woning wordt pas bij uitwerking bekend). De Wgh schrijft voor dat een eventuele hogere waarde moet zijn verleend vóór de vaststelling van het bestemmingsplan door de gemeenteraad. Vanwege de onzekerheid over de hoogte van de geluidsbelasting wordt dan vaak voor een worst case benadering gekozen. Die komt dan meestal neer op de maximaal mogelijke ontheffingswaarde. Een serieuze afweging naar wat in de gegeven situatie een redelijke balans is tussen maatregelen en geluidkwaliteit (bijvoorbeeld zo dicht mogelijk bij of onder de voorkeurswaarde) zal dan niet plaatsvinden. De uitvoeringspraktijk geeft er de voorkeur aan om de hogere waardenprocedure en de geluidafweging te laten plaatsvinden voorafgaand aan het besluit van burgemeester en wethouders ter uitwerking. 

Het blijft overigens van belang om voorafgaand aan de bestemmingsplanvaststelling een geluidonderzoek uit te voeren. Zo moet worden bekeken of de geluidsbelastingen niet zo hoog zullen zijn dat ze de maximale ontheffingswaarde overschrijden. Dan kan immers geen hogere waarde worden verleend en kunnen de woningen niet worden gerealiseerd. Ook voor de financiering van eventuele geluidmaatregelen (nodig om bijvoorbeeld aan de maximale ontheffingswaarde te voldoen) moeten in het bestemmingsplan middelen zijn gereserveerd. 

Gelet op artikel 76 van de Wgh, in samenhang gelezen met de wetsgeschiedenis, is het mogelijk hogere waarden vast te stellen voorafgaand aan de vaststelling van een uitwerkingsplan. Aan het bestemmingsplan zelf ligt (…) een akoestisch onderzoek ten grondslag. Uit het onderzoek volgt dat met toepassing van de mogelijkheid hogere waarden vast te stellen uitwerkingen die voldoen aan de uitwerkingsplan, mogelijk zijn

Zie uitspraak ABRS 12 september 2012, no. 201103581/1/R1.

omgevingsjurist

Geluid uitwerkingsregels bestemmingsplan

Geluid uitwerkingsregels bestemmingsplan geluid uitwerkingsregels

Essentie: Bij opname van uitwerkingsregels in bestemmingsplannen (moederplan) dient in de regel onderzocht te worden of de met de uitwerkingsregels te realiseren ontwikkeling in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening in de zin van de Wro.

De Afdeling overweegt in een uitspraak van 10 augustus 2011 (LJN: BR4624):

(…) Aan een uitwerkingsplicht dient gevolg te worden gegeven. Daarbij dienen de uitwerkingsregels te worden toegepast. Slechts bijzondere omstandigheden kunnen ertoe leiden dat aan deze verplichting kan worden voorbij gegaan. Het voorgaande brengt met zich dat door het onherroepelijk worden van het onderhavige plandeel de aanvaardbaarheid van de uit te werken verkeersbestemming in beginsel als een gegeven moet worden beschouwd bij de toetsing van een op grond van dit bestemmingsplan vast te stellen uitwerkingsplan. Dit betekent dat nu het uit te werken plandeel een beperkte omvang heeft en de uitwerkingsplicht voor het college van b&w weinig ruimte laat voor een andere invulling dan ten behoeve van gebruik in hoeverre de uit te werken bestemming in alle facetten, waaronder mede de akoestische gevolgen, in overeenstemming is met relevante wetgeving en strekt ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening

datum blog: 11 augustus 2011 (geluid uitwerkingsregels)

Bel voor vragen of advies over geluid en een goede ruimtelijke ordening 010-268 0689.